Afterlife
Vandaag dus de verplaatsing van Panajachel naat Antigua. Daar zullen we de laatste nachten in Midden-Amerika doorbrengen.
Onderweg zullen we nog stoppen Chichicastenango, wat zoveel betekend als plaats met veel brandnetels.
Nog even een terugblik op gisteren.
Naast ons was een bruiloft of zo aan de gang, en dat met groot orkest. Niet zozeer van naam en kunnen, maar meer van volume. Het feest begon al in de middag en was nog bezig toen wij terugkwamen
van eten.
Eten was weer bij de Uruguees, dus goed. Na het eten een kopje koffie met een lekkertje bij een koffietentje. Hadden we gisteren ook gedaan en er liep toen ook al een soort van oude hippie rond. We
kwamen gisteravond dus met hem in gesprek.
Nederland is altijd dichterbij dan je zou denken. De man sprak een soort van Prins Bernard Nederlands. Bleek uit Ierland te komen en werkte al jaren in Amsterdam in de zorg. Had, met dank aan Rutte
zoals hij zei, deelgenomen aan de levensloopregeling. Deze was hij nu in twee jaar aan het opnemen. Hij had een Triumph-motor en was in Alaska begonnen met als doel Argentinië. Hij was nu 9 maanden
onderweg. Leuke en humorvolle man, maar volgens mij moet je dat ook wel zijn wil je in de zorg kunnen overleven.
Teruggekomen was het feest nog in volle gang. Een afschrikwekkend beeld met de vorige nacht in gedachten.
Hotels zijn in het algemeen niet van de meest luxe soort, en dan druk ik met voorzichtig uit.
Dit hier is een kleine kamer zonder airco, zelfs zonder vin. Bed is ook erg klein, badkamer is sub-par.
Ligging is redelijk buiten het centrum. Wordt allemaal heel mooi in de reisomschrijving verwoord, maar daar hebben die mensen ook voor gestudeerd. Komt ook voor dat het hotel buiten alle
voorzieningen ligt en dat je dus voor alles aan dat hotel gebonden. Dan bekruipt je het gevoel dat de reisorganisatie een goede deal gemaakt heeft voor de kamerprijs en dat wij die deal voor de
eigenaar moeten compenseren met de prijs van avondeten en ontbijt.
Maar stoppen met mopperen en terug naar de dag van vandaag. Een dag met zo'n 5 uur reistijd.
Eerst naar de plaats met de brandnetels, kort genoemd Chichi. Een plaatsje met een hele grote inlandse markt.
Maar eerst bezoeken we het kerkhof. De Maya's zijn echt een fan van reincarnatie, op de grafmonumententen staat dan ook de sterfdag, dit is tenslotte de dag waarop je hopelijk wat hoger in de
voedselketen terugkeert.
Om dat proces te bespoedigen worden de diensten van sjamanen ingehuurd.
Deze mannen hebben een hotlink met boven en praten met behulp van vuur, kaarsen, rook, drank en sigaren je zo naar een hogere sociale klasse.
Het is toch wel indrukwekkend om deze ceremonieen te zien. Is niet mijn piece of cake, voorzover dat nog niet duidelijk is, maar iedereen heeft recht op zijn mening en gebruiken. Het wordt met
overgave gedaan. Heb niet de indruk dat dit oplichters zijn, dit gedrag zie je erg veel bij mensen die in een hogere entiteit geloven.
We dalen weer af naar de stoffige wereld, het kerkhof ligt bewust wat hoger omdat het contact met boven dan minder energie zou kosten. Terug naar de mart dus.
Dit houdt in dat er naast de souvenirs ook echte marktwaar is. Het ritselt van de stoffen. Bijna iedere vrouw en veel van de mannen lopen hier nog in traditionele kledij. Kleurrijke lappen stof
zijn dan de basis voor. Daarbovenop veel borduurwerk. Ook groenten, fruit, hardware als schoppen etc., ontbreken niet.
De kippenbussen voeren veel van dit aan, dus vind je ook kippen, eenden en andere (nu nog) levend have.
Bij een kruispunt op de markt is een goede koffietent, we kennen Igor's levensbehoeftes nu eenmaal. Van bovenop hebben we een mooi uitzicht op al het volk, traditioneel en westers, marktgangers en
kooplui.
Na de koffie nog even naar een kerk, dit is een katholieke kerk met Maya-invloeden. Veel kaarsen en bloembladen. Mensen die als een soort sjamaan tot de een of ander godheid spreken, en opvallend
veel mensen die op de knieën lopend van achter de kerk naar voren komen en ook zo weer terug gaan. Allemaal om die spirituele bovenwereld maar gunstig te stemmen.
Weer de bus in. We stoppen bij een soort van berghut. Best een mooi en goed restaurant. Jammer van de pingpong muziek.
Deze werkt echt diarerend. Maar daar hebben ze dan een spiksplinternieuwe toiletunit voor gebouwd.
Verschil tussen mannen en vrouwen wordt met een poppetje aangegeven, die van de mannen verdenk ik van crossdressing, maar het kan ook traditioneel zijn.
We zij al eerder in dit restaurant geweest, toen heeft onze Belgische de zinnen op die poppetjes gezet, nu proberen we ze in ieder geval mee te nemen, maar ze zijn hier niet te koop en zitten
spijkervast op de deuren.
Jammer maar helaas. Misschien heeft Igor een alternatief...
Dan weer door naar Antigua. We mogen met de bus niet tot de deur van het hotel komen. Antigua heeft Belgische bestrating uit de 17e eeuw, alles een grof soort kinderkopjes dus. De wieltjes onder de
koffers gaan dit echt leuk vinden.
Hotel zelf heeft geen een dezelfde kamer, alles is anders van vorm, inrichting, kleur en grote.
De eerste kamer waar we in komen is kleiner dan de vorige, ook een klein bed en deze is aan twee zijden tegen de muur geschoven, ander past het niet. Amper plek voor de koffers.
We ruilen met Igor, maar daar werkt het sanitair niet. Uiteindelijk slapen we nu in een bezemkast in een ver hoekje van het hotel. Badkamer is klein, op het toilet zit je met je knieën tegen de
muur, maar het werkt wel
In de kamer twee bedden, de koffers op de vloer en amper loopruimte. Dit verklaart ook een beetje de teneur in het begin van dit verhaal. Lichtpuntje is dat het donker is. Het is hier wat koeler en
stil. Dat koeler is ook maar goed want de airco of vin ontbreken wederom.
Na de kamer-perikelen neemt Igor ons mee de stad in. In de eerste plaats om wat te vertellen over Antigua. Het is een redelijke tippel want het hotel ligt weer buiten het centrum.
Antigua is de oude hoofdstad van Guatemala. Ligt in de buurt van vulkanen. Deze komen weer voor op breukvlakken en dat alles is vrij actief. We zien rookpluimen boven de vulkaan. Antigua is
verwoest tijdens een aardbeving. Madrid, Spanje voerde toen nog bewind, besloot toen de hoofdstad te verplaatsen en Antigua bleef in puin achter. Pas in de zeventiger jaren van de vorige eeuw werd
het hot om in Antigua te wonen, schoner, geen bendes en toen nog goedkopere huizen.
Nu is het een stad voor de rijken en dat zie je ook aan de pooierbakken van auto's die hier rondrijden.
Igor leidt ons naar het centrale plein en laat ons daar los. Wie wil kan mee naar het Jade-museum.
Dit is eigenlijk een winkel, maar de presentatie die gegeven wordt geeft een goed beeld over jade, het voorkomen, de geschiedenis en het bewerken van het spul.
Kopen kan, maar is niet verplicht. Morgen is er een excursie waarbij ook een ambachtelijke jade winkel/werkplaats aangedaan wordt.
Het begint tegen zessen te lopen, tijd voor een glaasje met een parapluutje en wat te eten.
De prijzen vallen hier vies tegen ten opzichte van de laatste dagen.
Wordt een hamburger en wat spaghetti, daarna zoeken we onze bezemkast op.
We weten nu in ieder geval hoe Harry Potter zich gevoeld moet hebben.
Reacties
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}